
Angst na kanker. In het begin, vlak na de behandelingen was die bij mij het ergst. Dan begint je "nieuwe leven”; leven met angst na kanker.
Na een relatief korte periode is die bij mij flink afgenomen. Mede door een duidelijk verhelderend gesprek met mijn gynaecoloog over mijn individuele situatie.
Als ik andere lotgenoten sprak en artikelen las over angst na kanker, vond ik mijn angst altijd wel meevallen. Hoe gek ook, je vervalt toch weer deels in je oude gewoontes. Het leven gaat door en je gaat je weer druk maken om dingen die er eigenlijk helemaal niet toe doen. Tot op een bepaalde hoogte. Want in vergelijking met daarvoor sta ik sinds kanker in mijn leven kwam veel vaker stil bij hoe het nu écht met me gaat en hoe ik me voel. Ik vertraag en dan betrap ik mezelf dus als het ware en stel ik opnieuw mijn prioriteiten.
Twee dagen na de klacht, op donderdagmiddag, belde ik na wat wikken en wegen toch het ziekenhuis. Mijn kop in het zand steken werkte niet meer. Ik liep er de hele dag mee in mijn hoofd en maakte mezelf constant wijs dat ik niet bang hoefde te zijn. In de nacht van woensdag op donderdag heb ik er zelfs een nachtmerrie over gehad. Ik werd wakker en was er letterlijk ziek van! Het ergste scenario, er was geen redden meer aan en ik kreeg chemo om te verlengen, had zich afgespeeld in mijn droom. Ik droomde dat ik zó ontzettend ziek was van de chemo. En toen ik wakker werd voelde ik me nog net zo.
Toen besefte ik dat het hoog tijd was om toch actie te ondernemen. Ik kon mezelf niets meer wijsmaken. Ik was écht héél bang…. Doodsbang!
Ik vroeg naar de welbekende casemanager, zij was op dat moment niet bereikbaar. In plaats van een dag later een telefonische afspraak voor me in te plannen. Stuurde ze haar op mijn verzoek een notitie dat ik gebeld had ivm een klacht. Iets in mij zei, dat als zij zou zien dat ik gebeld heb, ze haar best zou doen om mij terug te bellen. Maar ze kon me niets beloven, heel begrijpelijk.
Een ruim uur later ging mijn telefoon, de casemanager. Natuurlijk!
Ze hoorde mijn verhaal aan en ging gelijk zoeken naar een plekje voor me. De driemaandelijkse controle die eigenlijk twee weken later gepland stond werd dus vervroegd. Omdat mijn eigen gynaecoloog nog een week met vakantie was wilde ze niet wachten tot hij terug was. Ik mocht vijf dagen later komen, op dinsdag. Of de dag erna.…
Omdat de dag erna, vrijdag, de laatste dag voor de schoolvakantie was. Ik wilde de kids zelf ophalen, afscheid nemen van de juffen, kadotjes geven en moest mijn nagels laten doen bij m’n vriendinnetje. Vond ik deze vrijdag niet zo handig.
De casemanager plande de vrijdag én de dinsdag voor me in. Als ik me morgenvroeg zou bedenken kon ik bellen en mocht ik alsnog komen.
Het uitspreken maakt het echter. Daar was ik me héél goed van bewust. De trein ging harder rijden voor m’n gevoel. Maar ik was nog wel zelf aan het stuur. In de eerste minuten nadat het telefoongesprek was beëindigd dacht ik “serieus Nicole?”. Echt heel belangrijk om de kids zelf op te halen op school, de juffen kadotjes te geven en je f*cking nagels te laten doen.
Ik liet mijn emoties de vrije loop en begon te huilen. Dit was “mijn besef momentje” waar ik het net over had. Want hoe voel ik me nu eigenlijk? Ja, doodsbang. Dus was het tijd om het stuur los te laten, de trein te laten denderen en nieuwe prioriteiten te stellen.
De volgende morgen bracht ik de kinderen naar school. Ik zou alleen naar het ziekenhuis gaan want mijn man en moeder moesten werken en mijn vader ving de kinderen op. Dit kwam op school tijdens een gesprek met de moeders ter sprake. Een moeder gaf aan de ochtend tijd te hebben. Om hulp “vragen” is niet iets wat ik snel en gemakkelijk doe. Maar door dit gehele kankertraject merk ik wel dat het vaak goed en beter is om ’t soms juist wél te doen. Uiteindelijk vroeg ik haar of ze met me mee zou willen. Lullig, omdat zij zelf ook opvang voor haar kids moest regelen maar dat was geen probleem. Zodoende hoefde ik niet zelf te rijden en kletsten we tijdens de gehele autorit van 40 minuten. Weinig tijd voor zenuwen.
Wanneer we het parkeerterrein van het ziekenhuis oprijden beginnen de zenuwen. Als we binnenlopen naar de juiste afdeling vertel ik over alle herinneringen die me te binnen schieten wanneer ik het ziekenhuis doorloop. In de wachtkamer maakt de casemanager en de stomaverpleegkundige nog een praatje. De casemanager vertelde dat ze tijdens ons telefoongesprek al wist dat ik vandaag zou komen. Ze kent mij en de manier waarop ik met dit soort dingen om ga inmiddels best goed.
Na niet al te lange tijd roept de gynaecoloog me binnen. Ik zie een beetje op tegen het lichamelijke onderzoek omdat het niet mijn eigen gynaecoloog is. Ze kent mijn lichaam niet zo goed en ik merk ook al snel dat ze de dingen nét iets anders doet. Eerst praten we over de klacht en vervolgens mag ik m’n onderlichaam ontbloten, in de stoel gaan zitten met me benen in de beensteunen.
Mijn hart bonst in mijn keel en ik probeer me te focussen op mijn ademhaling. Ik probeer te ontspannen en mijn benen wat meer uit elkaar te laten vallen. Ik weet dat het onderzoek beter gaat en minder pijnlijk is wanneer je ontspannen bent dus daar focus ik me op. Het lijkt wel alsof ik aan het bevallen ben zoals ik lig te puffen.
Eerst worden de lymfeklieren in mijn hals en lies gecheckt. Vervolgens inwendig onderzoek, dan de eendenbek, daarna de inwendige echo en ook nog even rectaal. Ja het hele pakket hoor! Had het al verwacht. Aangezien de klachten waarschijnlijk van mijn darmen afkomen.
Vorig jaar, toen de kanker terug bleek te zijn, kon de gynaecoloog met de inwendige echo de vermoedelijke tumor al op beeld krijgen. Dit was nu niet zo en daar was ik blij om. Alhoewel ik het meest bang ben dat het bij mijn endeldarm zit. Daar waren ze vorig jaar tijdens de operatie ook bang voor en dat is me altijd bijgebleven.
Ze verteld dat ze tijdens het inwendig onderzoek wat stug weefsel dacht te voelen. Meteen gingen mijn alarmbellen af, want dit was vorig jaar ook zo en toen bleek het kanker te zijn. Dit vertelde ik haar en ze stelde me gerust dat het ook stug kan zijn doordat het littekenweefsel is en het bestraald weefsel is. Dus niet meteen reden tot zorg. Ik baal nog harder dat ik uitgerekend nu niet mijn eigen gynaecoloog heb. Hij had misschien wel gelijk geweten of het ‘stug’ of ‘stugger’ is.
De gynaecoloog gaat overleggen met een collega en ondertussen mag ik mezelf aankleden. Ik zit nog maar goed en wel als ze de kamer weer binnenkomt. Ze valt gelijk met de deur in huis wat ik heel fijn vind. “Je gaat weer even de medische molen in want we gaan een MRI laten maken,”. Ze verontschuldigd zich dat ze me nu nog niet gerust kan stellen, waar ik wel op gehoopt had.
Bij twijfel gaan ze scannen. Mijn klachten in combinatie met stug weefsel is reden voor een scan. Ik schrok eigenlijk want ik had gedacht aan een CT ipv meteen een MRI. Toen ik begin van het jaar klachten had kreeg ik “maar” een CT en nu ineens een MRI. Het stelde me gerust want dan zou ik helemaal gecheckt worden maar tegelijkertijd maakte het me ook nog banger. Want een MRI voelde voor mij wel héél serieus. Ik heb er twéé gehad in mijn hele leven. Beide keren was er een tumor te zien.
De uitslag van de MRI zal besproken moeten worden tijdens het MDO op dinsdagavond. Het is nu vrijdagmiddag en de kans op een MRI vóór die dinsdag lijkt onmogelijk en dit delen ze met mij. Het ziet er naar uit dat ik nog 1,5 week moet wachten tot de MRI gedaan is. En de uitslag daarvan is besproken tijdens het MDO ruim één week later. Hierop geef ik aan dat ik de uitslag eerder wil hebben, zodra deze bekend is. Een simpel belletje is prima. Dat persoonlijke gesprek komt dan wel na dat MDO. Ze begrijpt me en noteert alles netjes.
Daarna roept de casemanager me nog even binnen, dit hadden we voordat ik binnen werd geroepen nog even afgestemd. Ze voelt bijna als een soort vriendin. Ik voel me radeloos en ben eigenlijk een beetje in shock. Ik voel me alsof ik alweer met één been in het hele circus hang. Ze luistert naar me zonder oordeel, ze begrijpt, stuurt, denkt mee en legt uit waar nodig. Samen praten we en laten we het nieuws een beetje bezinken.
Ik vraag haar of de uitslag de MRI ook niet gewoon op mijncatharina te zien is zodra deze bekend is. Ze lacht om mijn vastberadenheid om zsm de uitslag te weten te komen en beaamd het. Ze heeft mijn eigen gynaecoloog een intern berichtje gestuurd over mijn situatie en plant een telefonische afspraak bij hem in zodra hij terug is van vakantie. We praten en lachen nog wat en nemen afscheid.
Wanneer ik mijn bloedprik formulier oppik bij de secretaresse is ze al druk bezig met het plannen van mijn MRI. Ik mag bloed gaan prikken en lekker naar huis. Ze beloofd me te bellen als ze de MRI gepland hebben.
Wanneer we net de snelweg naar Tilburg op zijn gereden gaat mijn telefoon. De MRI staat gepland op dinsdagmiddag! Wat? Zo snel al! Dan kan alles al besproken worden diezelfde dinsdagavond tijdens het MDO. Sjeezus wat een opluchting!
Viva la Vida!
Liefs Nicole
Reactie plaatsen
Reacties